Zwaanshals 288 B

  • sinds: 2016
  • gebruik: urban research resdidentie
  • oppervlak: ca 160 m2
  • faciliteiten: werk- en woonruimte
  • vast gereserveerd voor residency: 5 weken Juli/ Augustus ieder jaar
  • locatie: Zwaanshals 288B, 3035KN, Rotterdam

Delen in een nieuw perspectief

Zwaanshals 188 is een woning, een atelier, een studio, expositieruimte, verblijfplek en een semi-publieke ruimte in één. Het pand is een weerspiegeling van de blik die bewoners Christine van Meegen en Sebastian Kubersky, samen Studio C.A.R.E., op de wereld hebben.

Als je Studio C.A.R.E. uitnodigt, dan gaat er iets radicaal veranderen in je interieur. Soms moet er iets kapot om het volledige potentieel te kunnen zien. Tegelijkertijd zijn Sebastian en Christine zorgvuldig en uitnodigend. Het hogere doel is immers dat je je thuis voelt op een plek en dat de ruimte dienend is aan waarvoor je haar wilt gebruiken.

Het pand aan de Zwaanshals toont hoe flexibel ze zijn. Elke etage van de bovenwoning heeft een andere functie. Op de eerste is de studio, de tweede is woonkamer en leefkeuken, op zolder is de ene helft voor de kinderen en de andere helft de slaapkamer van de ouders. Er zijn bijna geen muren. Wel hun eigen modulaire, multifunctionele meubels, waardoor er speelsheid en variatie is.

Time-share-commoning

Het uitgangspunt bij Stad in de Maak is dat zo’n 30 procent van een pand commons moet zijn; ruimtes die met elkaar en met de buurt worden gedeeld. Zo hebben andere panden bijvoorbeeld een houtwerkplaats of een Wasbuur. Sebastian en Christine spelen met deze regel. Eigenlijk wilden ze geen footprint, geen huis en geen bezit. Hun leefomgeving bestaat rondom hen, maar ze claimen niets en alles is commons. Ze besloten deze woning op te knappen en commoning te léven, door overal in huis ruimtes open te stellen en te delen.

Toch werkte dat iets anders toen ze kinderen kregen. Inmiddels zijn dat er drie. Het was niet te doen om de bovenwoning, waarin beiden ook nog moesten werken, steeds te delen. Ze kwamen op het idee van time-share-commoning; ze delen hun huis 30 procent van de tijd. Als zij weg zijn om te exposeren op designshows, dan mag iemand anders met hun huis doen wat hij of zij maar wil.

Sebastian en Christine in hun kantoor. Foto’s: Frank Hanswijk

Niets doorgebroken

Dus namen zij een artist in hun eigen residence. Kunstenaar Mark Henning zit nu een maand in het pand aan de Zwaanshals. Hij heeft nog geen muren doorgebroken. De grote schok zit niet in het fysieke; echter hij heeft het huis uitgeroepen tot semi-publieke ruimte om uit te zoeken hoe wij in de nadagen van een pandemie weer kunnen gaan delen.

Mark Henning, artist in residence in juli en augustus 2021 aan het woord:

The Rotterdam City House Lab staat in het teken van opnieuw leren samenzijn en delen in de context van de coronapandemie. 

Dus deel ik het huis. In eerste instantie met mijn vriendin, die normaal in Edinbrough woont. Gelijk na aankomst kreeg zij covid, dus kwam het delen in een heel ander licht te staan. Zij kreeg de zolder. Ik nam de eerste verdieping. Op de verdieping ertussen onderzochten we hoe we bij elkaar konden re-integreren zonder besmettingsgevaar. We keken film op tien meter afstand, beiden aan onze eigen kant van het dubbelzijdige scherm.

Toen ze weer beter was, konden we het huis meer openstellen voor vrienden, couchsurfers, collega’s van Stad in de Maak en zomaar voorbijkomende binnengluurders. Voor de deur staat een bord: ‘gratis koffie en thee boven – met eten dat naast de deur is gekocht’. 

De bevindingen presenteer ik dit weekend op een expositie. Dan komen Sebastian en Christine weer terug. Benieuwd hoe ze het vinden om op deze manier terug te komen in hun eigen huis. De kinderen zullen opgelucht zijn dat ik niet aan hun speelgoed heb gezeten. Zij waren bang dat ik hun legokastelen zou slopen. Ik ben benieuwd wat ze ervan vinden dat iedereen nu zomaar binnen kan lopen.