Marc Neelen (52) heeft geen interesse in een standaard woning, een doorsnee carrièrepad, of een gangbare wetenschappelijke blik. In de chaos van het einde van de Joegoslavische burgeroorlog zag hij de impact van alternatieve systemen op de stad: veerkracht. Dat inspireert hem in zijn eigen architectuur- en onderzoekspraktijk STEALTH.unlimited, waarmee hij samen met zijn partner Ana mede-grondlegger van Stad in de Maak is.
Misschien is het wel de laatste keer dat Marc Neelen (52) zijn huis aan de Burgemeester Roosstraat in Rotterdam laat zien. Toen hij uit Belgrado kwam, waar hij de helft van de tijd woont, lag er een brief van de gemeente op de mat. Hij wist al wat erin stond. Deze woning moet door haar bewoners leeg opgeleverd worden, zodat de gemeente het blok kan verkopen aan een projectontwikkelaar.
Het is het einde van de opstalovereenkomst, waarmee Marc, Ana en Erik, alle drie betrokken bij Stad in de Maak, samen met paar tientallen andere bewoners dit blok beheerden. Lastig, niet in de eerste plaats voor zijn deeltijdbewonerschap van Rotterdam. Samen met Ana Džokić leeft hij al sinds eind jaren ’90 de helft van de tijd in Rotterdam en de andere helft in Belgrado. Dat moet toch kunnen, vindt hij. “Niet iedereen leeft volgens het stramien van de beleidsmakers.”

Ook de inrichting van hun woning is niet conventioneel. Midden in de kamer, achter het keukenblok, zweeft een bed. Hierdoor is de ruimte verdeeld in 3 compartimenten, Ten eerste het souterrain met een ouderwetse kachel, waar hij zelf de betonvloer goot. -“Een ruildealtje uit een klus van Erik”, lacht hij. – Dan is er het slaapgedeelte waar je met een houten opstapje naartoe kunt. Tenslotte is er de woonkeuken, waar hij uit een blik nog net genoeg koffie haalt om een percolator mee te vullen. “Ik kom net terug uit Belgrado”, verontschuldigt hij zich.
Toen hij architectuur studeerde in Delft, ontmoette hij zijn partner Ana. Zij woonde in Belgrado en ze besloten al snel tussen hun beider woonplekken heen-en-weer te pendelen, terwijl ze samen probeerden te ontdekken wat de toekomst zou kunnen brengen. “Wij hadden geen interesse in een standaard carrièrepad. We vonden de planningsmachine waar je als student op voorgesorteerd werd niet innovatief. Het internet was in opkomst en wij experimenteerden met een combinatie van cultuur en architectuur rondom deze nieuwe technologische ontwikkelingen.”
Out of control
“Ondertussen was onze belangstelling voor de informele stadsontwikkeling in Belgrado gewekt. De burgeroorlog was grotendeels voorbij, maar had het land in totaal uit de rails laten lopen. De instituties lieten het afweten, je zag dat mensen daarom zelf maar dingen gingen uitproberen. Vanwege sancties was er in de winkels vrijwel niets te krijgen. Als je bijvoorbeeld deo of wc-papier nodig had, moest je dat ergens uit een kofferbak kopen. Benzine werd in colaflessen aan de rand van de stoep verkocht. Alles leek op z’n kop te staan, maar op de één of andere manier toch draaiend te blijven. Opvallend.
We raakten in die tijd geïnspireerd door het boek ‘Out of control’ van Kevin Kelly over de principes van ecosystemen en ontdekten hoe je dat terugvindt in de stad. Aan de randen van deze systemen gebeuren de interessante en innovatieve dingen. Dat zag je precies zo terug in Belgrado. In reguliere tijden missen we zulke dynamieken en hun waarde voor de stad, hun vernieuwende bijdrage.”
Het was het begin van hun praktijk; het opzetten en onderzoeken van innovatieve initiatieven. “We gebruiken het begrip politics of space: het terugbrengen van essentiële resources bij de mensen in de vorm van commons en coöps en andere toekomstbestendige vormen om je te organiseren.” Momenteel werken Marc en Ana bijvoorbeeld aan een energiecoöperatie, een Europese wooncoöperatie en een investeringsfonds om zulk soort coöperaties mogelijk te maken.

Andere tijden
“In die begintijd leerden we de anderen van Stad in de Maak kennen. Piet was hoofdredacteur van het verse architectuurplatform Archined, waar ik ook voor ging schrijven. Erik werd onze buurman in de Burgemeester Roosstraat, toen we daar terecht kwamen en dat wooncollectief net van start ging. Overal zat vaart in. Hele andere tijden.”
In 2008 kwam alles bij elkaar op de Architectuur Biënnale Venetië. “Met onder andere Erik en Piet vormden we een team voor de invulling van het Nederlandse paviljoen. “We hebben toen intensief samengewerkt, en uiteindelijk een week lang in Venetië gebouwd, een programma georganiseerd, gegeten en vooral ook heel veel ideeën uitgewisseld. Aan het eind van die week ging Lehman Brothers in de VS onderuit en brak internationaal de financiële crisis uit. De mogelijkheid van zo’n scenario hadden we natuurlijk vooraf al wel besproken, al hadden we niet verwacht dat het precies op dát moment zou losbarsten. Wij vonden dat we iets konden met onze gezamenlijke ervaringen in zo’n tijd dat de systemen klappen.”
“Erik kwam net uit Detroit, waar hij diep geraakt was door de gevolgen van leegstand voor een gemeenschap. Piet schreef een stuk over een weerbaar toekomstperspectief voor jonge architecten. Wij hadden na jaren in het cultuur- en biënnalecircuit allemaal behoefte om terug te gaan naar de basis. Lokaal werken en iets daadwerkelijk opbouwen, niet alleen een tentoonstelling of debat. Toen Erik niet lang daarna op de proppen kwam met twee weespanden op de Pieter de Raadtstraat wisten we allemaal dat we daar iets mee wilden.”
Alternatief ecosysteem
“We hadden geen idee waar we aan begonnen, maar we vonden het met z’n allen spannend om deze panden 10 jaar overeind te gaan houden. We wisten toen nog niet dat er nog meer panden zouden komen. Later zelfs hele straten. Het is super dat we vanuit deze panden met deze groep mensen van verschillende achtergronden en generaties zelf een alternatief ecosysteem gevormd hebben. Er is een gemeenschap ontstaan die veel verder gaat dan we dachten.”
“Bestendigheid is voor mij het allerbelangrijkst. En dat is niet het klakkeloos luisteren naar het aanbod op de markt. Het maakt me kwaad dat er destructieve leefstijlen zijn die aan hele groepen worden opgedrongen, zoals met het concept ‘wooncarrière’- ga toch weg! Er zijn manieren om in de stad, om op deze planeet te leven, zonder die leeg te plunderen, zonder de toekomst te verzieken. Daar zijn communities voor nodig.”
Toekomstbeeld
Het evenwicht tussen kwetsbaarheid en robuustheid is broos. Met ons werk scheppen we een groter perspectief en bouwen we toe naar een duurzaam gemeenschappelijk samenleven. Ik weet niet of dat toekomstbeeld een droom is of juist een eindeloos uithoudingsgevecht, waarin het voor je overlevingskans belangrijk is dat je elkaar bijstaat. Ik denk eigenlijk vooral dat laatste.”